Scenarioboek Externe Veiligheid

Een handboek met beschrijvingen van ongevalscenario's met gevaarlijke stoffen

Hoofdmenu

  • Home
  • Nieuwsarchief
  • Achtergrondinformatie
    • Gebruik scenariokaarten
    • Beheer scenariokaarten
    • Onderbouwing
    • Bepaling van de omgevingsveiligheid
    • Bronnen scenariokaarten
    • Faq
  • Contact

 

Print

 

Op deze pagina is een scenariokaart weergegeven waarin een ongeval met gevaarlijke stoffen is uitgewerkt. In de kaart vindt u informatie over wat er kan gebeuren en wat je kunt doen om het te voorkomen, beperken en bestrijden. Deze informatie kan gebruikt worden bij advisering over ruimtelijke ontwikkelingen. Bij het gebruik van de kaart is belangrijk in acht te nemen dat het slechts een voorbeeldscenario is. Het daadwerkelijke verloop van het scenario is altijd afhankelijk van situatiespecifieke omstandigheden.
Status van de kaart: Actueel
  • Laatste update: 21 augustus 2018
Inrichtingen

Tankwagen LNG – Fakkelbrand

Algemene beschrijving Een fakkelbrand wordt veroorzaakt doordat na een botsing de losslang van de LPG-tank afbreekt. Hierdoor stroomt LNG uit en ontsteekt direct. Er ontstaat een horizontale fakkel die blijft branden tot de tank leeg is. Effecten Het effect van een fakkelbrand is hittestraling. Dit effect kan slachtoffers, schade en brand in de omgeving veroorzaken. 

Toon alle gedetailleerde informatie Verberg alle gedetailleerde informatie

Parameters effectberekeningen
Sluit Parameters effectberekeningen
Modelleringsoftware
Effectsfile
TNO Effects 10.0.6: TPDIS, Liquefied Gas Spray Release, Jet Fire Chamberlain model.
Uitgangspunten  
Stofnaam Methaan
Stofcategorie GF0
Systeemgrootte  55 m3 [1]
Vullingsgraad 95%
Massa in tank 21.000 kg
Temperatuur in de tank -150 °C  [2]
Dampdruk 2,4 bar  [3]
Grootte van het gat 50 mm  [4]
Hoogte van het gat in de tank 0,5 m [5]
Uitstroomhoek 0° (horizontaal)
Omgevingstemperatuur 9 °C
Weeromstandigheden D5
Blootstellingsduur 20 s
Resultaten  
Representatieve uitstroomduur 23 min
Maximale lengte van de fakkel 60 m
Maximale breedte van de fakkel 25 m
Representatief debiet 13 kg/s
Kans van optreden
Sluit kans van optreden

De kans op een fakkelbrand na een ongeval met een tankwagen LNG wordt bepaalt door de kans op een ongeval, de kans dat daarbij LNG uitstroomt, de kans op een directe ontsteking en het aantal dat de tankwagen aan het lossen is. De kans op een fakkelbrand als gevolg van een ongeval met een LNG-tankwagen bij een tankstation wordt geschat op 2 x 10-7 per jaar [6]. Afhankelijk van de opstelplaats van de LNG-tankwagen  kan de kans afnemen.

Factoren die de kans van optreden verkleinen zijn:

  • Het aantal verladingen beperken;
  • Geïsoleerde opstelplaats met aanrijdbeveiliging (3 x 10-9 per jaar);
  • Opstelplaats op een (wegrij)strook met een toegestane snelheid van maximaal 70 km/u (4,8 x 10-8 per jaar).
Effecten
Sluit Effecten

Het effect van een fakkelbrand is hittestraling. Dit effect kan slachtoffers, schade en brand in de omgeving veroorzaken. Hittestraling is in combinatie met de blootstellingsduur bepalend voor het slachtoffer- en schadebeeld [7].

In de onderstaande tabellen zijn de effecten van hittestraling weergegeven. De tabel effectafstanden en gevolgen geeft 3 ringen aan. Binnen de eerste ring komt 99% van de aanwezigen te overlijden. In de tweede ring komen aanwezigen te overlijden of kunnen slachtoffer worden. In de derde ring vallen geen doden maar kunnen aanwezigen nog wel slachtoffer worden. De grens van de derde ring geeft aan tot waar eerstegraads brandwonden kunnen voorkomen. Afhankelijk van de afstand tot het ongeval en de bescherming van bijvoorbeeld gebouwen komen mensen te overlijden (†) of raken gewond: van zeer zwaargewond (T1) tot lichtgewond (T3). De schade aan objecten varieert van onherstelbare schade tot lichte schade. De effectafstanden zijn berekend vanaf de tankwagen.

De tabel effectafstanden en gevolgen is aangevuld met de onderliggende grafieken met het verloop van letaliteit (percentage doden) versus afstand, hittestraling versus afstand en hittestralingscontouren.

Tabel effectafstanden en gevolgen [8]

Effectafstand
(meter)
Warmtestraling
(kW/m2)
Slachtoffers buiten
(0 % bescherming)
Slachtoffers buiten zomerkleding
(40 % bescherming)
Slachtoffers buiten winterkleding
(85 % bescherming)
†T1T2T3†T1T2T3†T1T2T3
1e ring ≤ 70≥ 3510000010000096400
Grens 1e ring: 99% letaal
7035100000100000158500
2e ring70 tot 9035 tot 10421104529250456361145
Grens 2e ring: 1% letaal9010110871108701187
3e ring90 tot 10510 tot 4000270002700027
Grens 3e ring: 1% 1e grd brw 1054000100010001
Effectafstand
(meter)
Warmtestraling
(kW/m2)
Schade aan objectenSlachtoffers binnen (0% bescherming)
†T1T2T3
1e ring ≤ 70≥ 35Onherstelbare schade
Alle brandbare materialen gaan branden
2110027
Grens 1e ring7035123043
2e ring70 tot 9035 tot 10Gemiddelde schade
Brandhaarden, vervorming van hout en kunststof.
Breuk dubbelglas tot 85 meter.
41014
Grens 2e ring90100000
3e ring90 tot 10510 tot 4Lichte schade
Geen branden, afbladderen verf en ernstige verkleuringen.
Breuk enkel glas tot 95 meter.
0000
Grens 3e ring10540000

Grafiek letaliteit vs. afstand

Grafiek hittestraling vs. afstand

Contouren Hittestraling

Zelfredzaamheid en Handelingsperspectief
Sluit Zelfredzaamheid en Handelingsperspectief

Aanwezige personen zijn na het ontstaan van een fakkelbrand op zichzelf en anderen aangewezen. In onderstaande afbeelding zijn mogelijke handelingsperspectieven weergegeven. 

Mogelijk handelingsperspectief

Afhankelijk van de situatie en de inrichting van de omgeving kan het handelingsperspectief verschillen. Snel reageren is bevorderlijk.

  • Voor personen buiten is het handelingsperspectief vluchten (uit het zicht van de brand, onder dekking van objecten zoals muren).
  • Als er schuilmogelijkheden zijn, is dekking zoeken of een schuilplaats binnen gaan een goed handelingsperspectief.
  • Voor personen binnen is het handelingsperspectief binnen blijven en schuilen (sluiten van binnendeuren vertraagt de uitbreiding van een eventuele brand).
  • Als secundaire branden optreden, is het handelingsperspectief vluchten aan de schaduwzijde van het gebouw ten opzichte van de plasbrand (extra beschermende kleding beperkt de blootstelling).

Randvoorwaarden

De onderstaande aspecten zijn mede bepalend voor de mogelijkheden op het gebied van zelfredzaamheid. Deze zijn locatie afhankelijk en staan in relatie tot elkaar.

Het verloop van het ongevalsscenario:

  • De snelheid waarmee het scenario fakkelbrand zich voltrekt is afhankelijk van het ontstekingsmoment.
  • Na ontsteking zijn direct de effecten merkbaar en duurt de fakkelbrand niet langer dan 23 minuten.

Herkenbaarheid van het scenario:

  • Een fakkelbrand is door zijn hitte ontwikkeling direct waarneembaar voor de aanwezigen.
  • Als de fakkel nog niet ontstoken is, is het mogelijke gevaar niet direct herkenbaar.

Mate van bewustzijn van de gevaren:

  • Weten dat er een ongeval is met een LNG tankstation 
  • Weten wat de gevaren zijn van LNG
  • Weten wat je moet doen in geval van een (dreigende) fakkelbrand

Gesteldheid van personen:

  • Fysieke gesteldheid
  • Geestelijke gesteldheid

Aanwezige voorzieningen:

  • Mogelijkheden om van de bron af te vluchten
  • Mogelijkheden om te schuilen
Optreden Multidisciplinaire hulpverlening
Sluit Optreden Multidisciplinaire hulpverlening

Brandweerzorg 

Relevante brandweerprocessen

  • Bron- en emissiebestrijding: 
    – Bepalen van het bron- en effectgebied;
    – Plasbrand gecontroleerd laten uitbranden;
    – Voorkomen van uitbreiding en beperken van effecten door
       middel van het afschermen van de omgeving;
    – Stabiliseren van het incident en ontstane branden in de
       omgeving blussen;
    – Waarschuwen bevolking. [9].

  • Redding:
    – Redden en verlenen van eerste hulp aan slachtoffers (zie slachtoffers). 

Relevante aspecten 

  • Repressieve voorbereiding op een fakkelbrand bij een tankstation
  • Middelen om de hulpdiensten te alarmeren zoals een dekkend mobiel telefoonnetwerk of eigen netwerk van de vervoerder/tankstation[10]
  • Passende(grootschalige) slagkracht brandweer (zie capaciteit);
  • Opkomsttijd van de brandweer (zie opkomst/inzettijd) ;
  • Effectieve (grootschalige)bluswatervoorziening (zie bluswatervoorzieningen).

Capaciteit [11]:

  • Benodigde omvang slagkracht is afhankelijk van de omgeving. Bij dit incident is uitgegaan van verstedelijkt gebied [12]. 
  • Houd rekening met een inzet van 1-4 tankautospuiten (basispeloton) ten behoeve van het afschermen/koelen/blussen van secundaire branden

Opkomst/inzettijd [13]

Schematische weergave incident verloop bij grootschalig brandweer optreden

30 minuten
  • Norm opkomsttijd eerste peloton [14] De start van de hulpverlening van 1-4 tankautospuiten wordt vastgesteld via het dekkingsplan.
45 minuten
  • Beschikbaarheid aanvullend tweede en/of derde peloton met een richttijd van 8 uur inzettijd.
60 minuten
  • Inzettijd  grootschalige watervoorziening 45-60 minuten

Bluswatervoorziening

  • Het waterleidingnet met ondergrondse brandkranen (primaire bluswatervoorziening) heeft onvoldoende capaciteit.
  • Voldoende openbare secundaire bluswatervoorziening  is noodzakelijk  ten behoeve van koeling/blussing omliggende bebouwing (bij voorkeur binnen 1 km doorlopend watersysteem met minimaal 80 cm. diepte)
  • Benodigde capaciteit is 6000 l/min voor 4 uur [15] voor 3 tankautospuiten 3x2000l/min.[16]

Indicatie bepaling capaciteit slachtoffers [17]

  • In de hectische fase komt via burgerhulp de redding op gang van slachtoffers met brandwonden. De prioriteit zal uitgaan naar het redden en helpen vervoeren van slachtoffers naar het gewondennest van de ambulance.
  • Noodzakelijke opschaling/bijstand wordt bepaald o.b.v. inschatting aantal slachtoffers.
  • Een indicatiebepaling van het aantal personen op een specifieke locatie is mogelijk via het invoeren van de effectcontouren in de link naar Bag populatieservice

Geneeskundige zorg

De geneeskundige hulpverlening start met de processen: 

  • Spoedeisende Medische Hulpverlening:[18] 
    – Triage;
    – Inrichten van een gewondennest en behandelen van slachtoffers;
    – Vervoeren/Verwijzen naar ziekenhuizen.
  • Publieke gezondheidszorg:
    – De beoordeling van en maatregelen tegen schadelijke invloeden op de gezondheid via (drink)water (gebiedsafhankelijk).
    – Onderzoek individueel
  • Psychosociale Hulpverlening:
    – Signaleren getroffenen
    – Verwijzen getroffenen

Relevante aspecten zijn:

  • Operationele voorbereiding op het vervoer en behandelen van slachtoffers met ernstige brandwonden.
  • Mogelijkheid om te kunnen keren/vertrekken voor ambulances op de aanlandingsplaats.
  • Veilige werklocatie voor de GHOR.
  • Na een brand verlenen omstanders hulp. Een deel van de slachtoffers komt als zelfverwijzer op de eerste hulp.
  • Aantal slachtoffers, type slachtoffers en type letsel. Deze zijn locatie afhankelijk en staan in relatie tot elkaar.

 

Aantal slachtoffers

<10
  • In beginsel zijn voldoende middelen op de ambulances aanwezig.  Voor specialistische hulpverlening aan kinderen zijn minder hulpmiddelen aanwezig waardoor middelen snel zijn uitgeput.
> 10
  • Het LPCGBI treedt in werking [19].
  • De leidraad GGB kan in werking worden gesteld. [20]
> 250
  • De grens wordt bereikt van het aantal slachtoffers dat kan worden vervoerd.  [21]Uitgegaan wordt van 250 slachtoffers waarvan 25 T1, 75 T2 en 150 T3.

Type slachtoffers

  • Aandachtspunt is operationele voorbereiding op het behandelen van kinderen met ernstige brandwonden (locatiespecifiek). Dit vereist een aangepast gewondenspreidingsplan. [22]
  • Aandachtspunt is hulp aan verminderd zelfredzame personen (zorginstellingen).

Type letsel

  • Door hittestraling ontstaan uitwendige brandwonden. Bij inademing van hete gassen ontstaat inhalatietrauma.
  • Stabilisatie van brandwondenslachtoffers is mogelijk in elk level 1 ziekenhuis  [23]. Specialistische behandeling van brandwonden kan in een beperkt aantal centra in Nederland plaatsvinden [24].
  • Extra aandacht bij de operationele voorbereiding is noodzakelijk bij verhoogde kans op slachtoffers uit de groep van ouderen en kinderen.
  • Een langdurig traject van nazorg restletsel en psychotrauma  [25] is te verwachten.

Optreden politie en gemeente (Hulpverlening)

Mogelijke taken

Politie

  • Afzetten van het effectgebied
  • Aanwezige personen in het effectgebied laten schuilen of vluchten
  • Gidsen van brandweervoertuigen en ambulances

 

Gemeente

  • Opvang en verzorging van personen uit het effectgebied
  • Voorlichting/communicatie over het ongeval
  • Registreren van slachtoffers

Randvoorwaarden

Politie

  • Operationele voorbereiding op het afzetten van een groot effectgebied
  • Voldoende mensen en middelen om het effectgebied af te kunnen zetten
  • Een operationeel mobiliteitsplan

Gemeente

  • Operationele voorbereiding op het opvangen en verzorgen van personen uit het effectgebied
  • Voldoende locaties en personeel voor de opvang en verzorging van personen uit het effectgebied
  • Operationeel voorlichting- en communicatieplan
Maatregelen
Maatregelen

Kansbeperkend

Maatregel Werking van de maatregel
Wegnemen van de risicobron Het wegnemen van de risicobron neemt de kans op het scenario weg.
Begrenzen van de doorzet Minder vervoersbewegingen betekent een vermindering van het aantal keer dat het scenario zich voor kan doen en dus neemt de kans op het scenario af.
Geïsoleerde opstelplaats voor de tankwagen met aanrijdbeveiliging  Door de extra beveiliging van de tankwagen is de kans kleiner op een aanrijding met de tankwagen, waardoor de kans op het scenario afneemt.
Opstelplaats op een (wegrijstrook) met een toegestane snelheid van maximaal 70 km /u

Door de snelheid van het omliggende verkeer te verlagen wordt de kans op een doorboring van de tankwagen bij een aanrijding kleiner.

Effect en gevolgbeperkend

Maatregel Werking van de maatregel
Afstand houden tot activiteit met gevaarlijke stoffen Dicht bij de plaats van het scenario zijn de effecten het meest merkbaar. De hittestraling neemt af naarmate de afstand toeneemt.
Verdeling typen gebouwen Door rekening te houden met het type bebouwing kan het aantal mogelijke slachtoffers bij het scenario worden beperkt. Dat kan bijvoorbeeld door het zodanig verdelen van gebouwen in een gebied dat de meer kwetsbare gebouwen worden beschermd door minder kwetsbare gebouwen.
Venstertijden Door gebruik te maken van venstertijden voor het bevoorraden van een tankstation worden de risicovolle en kwetsbare activiteiten gescheiden.  
Bouwwerken als afscherming Ook door middel van bouwwerken, zoals gebouwen of tunnels, kan schaduwwerking gerealiseerd worden. Een gebouw  tussen de  activiteit met gevaarlijke stoffen en kwetsbare objecten/vluchtroutes kan dienen als afscherming.
Toepassen van brandwerend metselwerk De keuze van het metselwerk bepaalt de brandwerendheid van de gevel. 
Gebruik maken van minerale wolisolatie Minerale wolisolatie is onbrandbaar.
Toepassen van brand- en hittewerende beglazing Brand- en hittewerende beglazing bestaat uit gelaagd glas, samengesteld uit twee of meer lagen blank floatglas en één of meer speciale opschuimende tussenlagen. In geval van brand vormen deze tussenlagen een beschermend schild.
Gebruik maken van houten en stalen kozijnen Houten en stalen kozijnen zijn getest voor een brandwerende toepassing. Kunststof kozijnen (zonder stalen vulling) zijn niet brandwerend.
Gebruik maken van dakpannen Dakpannen houden straling tegen en zijn onbrandbaar.
Toepassen van een gesprinkelde buitengevel Bij een gesprinkelde buitengevel wordt water automatisch over de gevel gespoten in geval van een calamiteit.
Hoogteverschillen creëren en benutten Door hoogteverschillen in de omgeving te creëren of te benutten kan schaduwwerking gerealiseerd worden om mensen meer tijd te bieden om te vluchten naar veiligere plekken. Hoogteverschillen kunnen bijvoorbeeld gecreëerd worden door het aanbrengen van een wal of scherm.

Bevordering van de zelfredzaamheid

Maatregel Werking van de maatregel
Duidelijke vluchtroutes aanbrengen Door duidelijke vluchtroutes aan te brengen kunnen mensen het gebied gemakkelijker verlaten. 
Risicocommunicatie Door te communiceren over de mogelijke scenario’s in een gebied het bete handelingsperspectief worden mensen zich meer bewust van wat ze moeten doen bij het scenario.
Galerij / trappenhuis aan de schaduwzijde van een gebouw plaatsen Door de galerij/trappenhuis aan de schaduwzijde van een gebouw te realiseren, vormt het gebouw zelf een bescherming tegen de hittestraling.
Onderhouden schuilplaatsen en vluchtwegen Onderhoud van schuilplaatsen en vluchtwegen is belangrijk, zodat ten alle tijden van een ongeval de schuil- en vluchtmogelijkheden bereikbaar en inzetbaar zijn.
Verzamelplaatsen bepalen en geschikt maken voor een (dreigende) fakkelbrand De verzamelplaats dient dan als een schuilplaats als mensen binnen in het gebouw niet meer voldoende beschermt zijn tegen het scenario.
De (bedrijfs)noodplannen oefenen op een fakkelbrand  Door te oefenen met het fakkelbrandscenario in de (bedrijfs)noodplannen weten de werknemers wat ze moeten doen in het geval van een echte calamiteit.

Bevordering van de hulpverlening

Maatregel Werking van de maatregel
Werkende communicatiemiddelen Tijdens een ongeval met gevaarlijke stoffen vindt veel van de communicatie plaatst via radio, internet en telefoon. Het is hierbij van belang dat zendmasten op afstand van de activiteiten met gevaarlijke stoffen staan, zodat deze ook tijdens een ongeval werken.
Waarschuwingsmiddelen Voor een snelle en effectieve waarschuwing tijdens een ongeval met gevaarlijke stoffen is het van belang dat een waarschuwingssysteem de mensen in het effectgebied kan bereiken.
Afstemming hulpdiensten Het handelingsperspectief dat aan mensen wordt geboden ten tijden van een ongeval met gevaarlijke stoffen moet worden afgestemd met de inzet van hulpdiensten, zodat de inzet van de hulpdiensten kan aansluiten bij dit handelingsperspectief.
Bluswater Voor een adequate hulpverlening van de brandweer is het van belang dat voldoende bluswater aanwezig is bij de activiteit met gevaarlijke stoffen. Door de waterbron onderdeel te laten zijn van een doorlopend watersysteem, wordt het water steeds aangevuld.
Voorbeeld
Voorbeeld

De beheergroep heeft geen beeld en/of filmmateriaal gevonden van een Fakkelbrand bij een LNG-tankstation. Suggesties kunnen gemaild worden naar info@scenarioboekev.nl

  1. Informatie verkregen bij LNG-Europe, juli 2013 ↩
  2. Rekenmethodiek LNG tankstations, versie 1.0.2, p 32, RIVM, 25 april 2017 ↩
  3. Rekenmethodiek LNG tankstations, versie 1.0.2, pagina 34, RIVM, 25 april 2017 ↩
  4. Rekenmethodiek LNG tankstations, versie 1.0.2, pagina 34, RIVM, 25 april 2017 ↩
  5. Gemeten vanaf de bodem van de tank. ↩
  6. Memo QRA berekening LNG-tankstations, RIVM, maart 2013, versie 1. ↩
  7. Bij de slachtofferberekening is uitgegaan van onbeschermde personen. In een toekomstige versie zal onderscheid worden gemaakt tussen drie beschermingsniveaus: geen bescherming, zomerkleding en winterkleding ↩
  8. Onderbouwing-van-de-slachtofferinschatting-van-het-scenarioboekEV. ↩
  9. goed werkend internet en mobiele telefonie,    buurten ten behoeve van zelfredzaamheid, risicocommunicatieplan ↩
  10. goed werkend internet en mobiele telefonie , buurtalarmeringssysteem ten behoeve van zelfredzaamheid ↩
  11. Verlies van capaciteit, die nodig voor gelijktijdige redding of eerste hulp aan slachtoffers is buitenbeschouwing gelaten, doordat deze situationeel is. ↩
  12. Bij buitengebied is geen afscherming naar omliggende gebouwen nodig ↩
  13. Visie Grootschalig Brandweer Optreden 2012-2016 en
    Doorontwikkeling Grootschalig Brandweer Optreden(GBO) september 2018 visie 2.0 ↩
  14. Norm inzetbaarheid eerste basispeloton (alle 4 tankautospuiten) is 30 minuten  doorontwikkeling Grootschalig Brandweeroptreden p20 ↩
  15. Handreiking Bluswatervoorziening en bereikbaarheid 2019bijlage 3 ↩
  16. Peloton Grootschalige watervoorziening: Capaciteit: 2×4000 l/min over 1 km of 2 x 2000l/min over 2,5 km. Afstand locatie tot geschikte waterwinplaats en slangenweg bepaalt de inzettijd>1,5 uur. ↩
  17. Visie Grootschalig Brandweer Optreden 2012-2016 en Doorontwikkeling Grootschalig Brandweer Optreden(GBO) september 2018 visie 2.0 ↩
  18. De Nederlandse slachtofferregistratiekaart p.3. oktober 2006 ↩
  19. LPCGBI p.1 september 2013 ↩
  20. Leidraad GGB p.12 december 2015 ↩
  21. Leidraad GGB p.10 december 2015 ↩
  22. Voor kinderen is ander materiaal benodigd. Ouders en kinderen worden bij voorkeur bij elkaar geplaatst. Dit is een complexe factor in het gewondenspreidingsplan ↩
  23.  landelijk netwerk acute zorg www.lnaz.nl  ↩
  24. Beverwijk, Rotterdam, Groningen ↩
  25. casus ” Het Hemeltje” Volendam ↩
Print

 

Ontwikkeld door:

 
In samenwerking met:
  • Disclaimer & Privacy Policy

Overige Scenariokaarten  Overige Scenariokaarten

bekijk alle resultaten…
  • Bedrijven
    • Ammoniak koelinstallatie
      • Koelinstallatie Ammoniak – Giftige wolk
    • Benzine-Tankstation
      • Tankwagen Benzine – Plasbrand
    • CNG-Tankstation
      • CNG Tankstation – Fakkelbrand
      • CNG Tankstation – Wolkbrand
    • Electriciteits Opslag Systeem
      • Li-ion Energieopslag systeem (EOS) – Giftige wolk
    • LPG-Tankstation
      • Tankwagen LPG – Fakkelbrand
      • Tankwagen LPG – Koude BLEVE
      • Tankwagen LPG – Warme BLEVE
      • Tankwagen LPG – Wolkbrand / Gaswolkexplosie
    • LNG-Tankstation
      • Tankwagen LNG – Fakkelbrand
      • Tankwagen LNG – Koude BLEVE
      • Tankwagen LNG – Plasbrand
      • Tankwagen LNG – Warme BLEVE
      • Tankwagen LNG – Wolkbrand / Gaswolkexplosie
    • Opslagloods gevaarlijke stoffen
      • Opslagloods gevaarlijke stoffen (PGS 15) – Giftige wolk
    • Propaantanks
      • Propaan opslagtanks – Fakkelbrand
      • Propaan opslagtanks – Warme BLEVE
      • Propaan opslagtanks – Wolkbrand / Gaswolkexplosie
      • Propaan opslagtanks – Koude BLEVE
    • Waterstof-Tankstation
      • Waterstoftankstation – Explosie
      • Waterstoftankstation – Fakkelbrand
  • Weg
    • Transport Acrylnitril
      • Tankwagen Acrylnitril – Giftige wolk
      • Tankwagen Acrylnitril – Plasbrand
    • Transport Ammoniak
      • Tankwagen Ammoniak – giftige wolk
      • Tankwagen Ammoniak-gaswolkexplosie?
    • Transport Benzine
      • Tankwagen Benzine – Plasbrand
    • Transport LNG
      • Tankwagen LNG – Fakkelbrand
      • Tankwagen LNG – Koude BLEVE
      • Tankwagen LNG – Plasbrand
      • Tankwagen LNG – Warme BLEVE
      • Tankwagen LNG – Wolkbrand
    • Transport LPG
      • Tankwagen LPG – Fakkelbrand
      • Tankwagen LPG – Koude BLEVE
      • Tankwagen LPG – Warme BLEVE
      • Tankwagen LPG – Wolkbrand / Gaswolkexplosie
    • Transport Methanol
      • Tankwagen methanol – Plasbrand
    • Transport Waterstof
      • Cilinderpakket Waterstof – Explosie
      • Cilinderpakket waterstof – Fakkelbrand
      • Tubetrailer Waterstof – Explosie
      • Tubetrailer Waterstof – Fakkelbrand
    • Transport Zwaveltrioxide
      • Tankwagen Zwaveltrioxide – Giftige wolk
  • Spoor
    • Spoortransport Ammoniak
      • Ketelwagen Ammoniak – Giftige Wolk
    • Spoortransport Acrylnitril
      • Ketelwagen Acrylnitril – Giftige wolk
      • Ketelwagen Acrylnitril – Plasbrand
    • Spoortransport Benzine
      • Ketelwagen benzine – Plasbrand
    • Spoortransport chloor
      • Ketelwagen chloor – Giftige Wolk
    • Spoortransport LPG
      • Ketelwagen LPG – Fakkelbrand
      • Ketelwagen LPG – Koude BLEVE
      • Ketelwagen LPG – Warme BLEVE
      • Ketelwagen LPG – Wolkbrand / Gaswolkexplosie
  • Water
    • Watertransport Acrylnitril
      • Zeevaarttanker – Acrylnitril – giftige wolk
      • Zeevaarttanker – acrylnitril – plasbrand
    • Bunkering LNG
      • Bunkerschip – LNG – wolkbrand
      • Bunkerschip- LNG- Plasbrand
    • Watertransport LNG
      • Binnenvaarttanker – LNG – plasbrand
      • Binnenvaarttanker – LNG – wolkbrand
      • Zeevaarttanker – LNG – plasbrand
      • Zeevaarttanker – LNG – wolkbrand
    • Watertransport Ammoniak
      • Binnenvaarttanker Ammoniak – Giftige wolk
    • Watertransport Benzine
      • Binnenvaarttanker Benzine – Plasbrand
      • Zeevaarttanker – benzine – plasbrand
    • Watertransport LPG
      • Binnenvaarttanker LPG – Fakkelbrand
      • Binnenvaarttanker LPG – Koude BLEVE
  • Buisleidingen
    • Hoge druk Aardgasleiding
      • Hoge druk aardgasleiding – Fakkelbrand
    • Hoge druk aardgasleiding met bijmenging waterstof
      • Hoge druk aardgasleiding met bijmenging waterstof – Fakkelbrand
    • Kooldioxide buisleiding
      • Kooldioxide buisleiding – Giftige wolk
    • Ruwe Aardolie Leiding
      • Buisleiding Ruwe Aardolie – Plasbrand

Overzicht van alle Scenariokaarten